Onrust Wet DBA houdt gemoederen bezig

Alle kritiek heeft ervoor gezorgd dat staatssecretaris Wiebes de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelatie (DBA), de vervanging van de VAR, in ieder geval tot 1 januari 2018 heeft uitgesteld. Daarmee is het probleem echter niet opgelost. Sterker nog, volgens Mischa Voogt, Managing Director van Michael Page, is de onzekerheid bij werkgevers daarmee niet weggenomen. “De wetgeving is immers niet veranderd, alleen de handhaving is uitgesteld. Dát is waar zelfstandigen zich zorgen over maken.”  Stichting ZZP Nederland, vertegenwoordiger van zo’n 40.000 zelfstandig ondernemers, noemt de beslissing van Wiebes uitstel van executie. „De verwarring over de handhaving blijft bestaan”, zegt voorzitter Maarten Post. Door dit hele debacle zien vele door het bos de bomen niet meer.

KNELPUNTEN

Al vanaf de lancering is de Wet DBA niet bepaald geliefd bij opdrachtgevers én opdrachtnemers. Er is met name veel onzekerheid over schijnzelfstandigheid. Opdrachtgevers zijn daardoor terughoudend, waardoor zelfstandigen minder klussen krijgen. Het onderscheid wanneer er sprake is van een opdracht of een dienstbetrekking sluit simpelweg lang niet overal aan bij de praktijk. Staatssecretaris van Financiën Eric Wiebes kreeg dan ook regelmatig de vraag voorgeschoteld wanneer er sprake is van een dienstverband. Ook het meldpunt DBA heeft veel reacties opgeleverd. Daar bovenop ervaren opdrachtgevers de arbeidswetgeving als knellend. Het ontbreekt naar hun zeggen aan flexibiliteit. VNO-NCW, MKB-Nederland en PZO ZZP lieten op 18 november al weten niet langer meer achter de Wet DBA te staan. Wiebes kwam niet veel later met een brief waarin hij aangeeft de handhaving van de Wet op te schorten.
De knelpunten, die niet alleen betrekking hebben op de Wet DBA, maar ook op de arbeidswetgeving in het geheel zijn dus aanleiding geweest om de Wet DBA in de ijskast te zetten.

UITSTEL HANDHAVING WET DBA

Met het uitstel van de handhaving is de Wet DBA niet van de baan. Het transitiejaar wordt enkel verlengd met acht maanden. De staatsecretaris hoopt hiermee de onzekerheid bij opdrachtnemers en opdrachtgevers weg te nemen. Dit betekent dat de handhaving van de wet in ieder geval tot 1 januari 2018 wordt opgeschort. Handhaving gebeurt alleen bij kwaadwillenden. Opdrachtgevers en –nemers krijgen nu de tijd om hun werkwijze aan te passen en/of hun overeenkomst zo te wijzigen dat deze past binnen de nieuwe wet- en regelgeving. Tegelijkertijd heeft het kabinet de ruimte om te werken aan oplossingen op de langere termijn. Zij zal met name gaan kijken naar de criteria ‘vrije vervanging’ en ‘gezagsverhouding’. Verder zoekt Wiebes nog naar mogelijkheden binnen de ketenbepaling in de Wet Werk en Zekerheid.

EN NU?

Wat nu vast staat, is dat de Wet DBA blijft bestaan, maar de handhaving ervan zal worden opgeschort. Uiteindelijk zal door de verdwijning van de VAR bij iedere contractuele werkrelatie getoetst moeten worden of er al dan niet sprake is van een dienstbetrekking. De nieuwe wetgeving maakt de opdrachtnemer en de opdrachtgever namelijk samen verantwoordelijk voor de beoordeling van de werkrelatie. De staatsecretaris heeft nu toegezegd tot 1 januari 2018 niet op te treden tegen onjuiste afspraken. Werk je nog niet volledig zoals de Wet DBA voorschrijft, dan hoef je in ieder geval tot 1 januari 2018 niet op boetes of naheffingen te rekenen. Na deze datum worden de financiële gevolgen van fouten echter wél voelbaar! 

rechtJohnson LourensWet DBA, zzp